Ferret scout
De Ferret pantserwagen, vaak ook wel de Ferret Scout auto, is een Britse gepantserde gevechtsvoertuig ontworpen en gebouwd voor verkenningen doeleinden. Eind jaren veertig bestond bij het Britse leger de behoefte om oude en lichte pantserwagens uit de Tweede Wereldoorlog te vervangen. Daimler had tijdens de oorlog een goede reputatie opgebouwd met zijn Daimler Scout Car en kreeg in oktober 1948 de opdracht een verkenningsvoertuig te ontwikkelen. Een prototype werd in 1950 afgeleverd ter beproeving. In 1952 rolde het eerste productievoertuig uit de fabriek.
​
Het eerste model had veel overeenkomsten met de Daimler Scout Car. Het is uitgerust met een zes cilinder benzinemotor van het merk Rolls-Royce. De cilinderinhoud is 4,2 liter en de motor is watergekoeld. De versnellingsbak is flexibel, alle vijf versnellingen zijn bruikbaar bij het voor- en achteruit rijden. Alle wielen zijn onafhankelijk geveerd en de banden konden niet lek geschoten worden. De topsnelheid is bijna 100 km/u en dat dus in beide richtingen.
​
Het gewicht van de Mk 1 is 3,7 ton, maar bij latere versies is het gewicht toegenomen. Het pantser is 6mm dik aan de achterzijde en 16mm dik aan de zijkanten en voorzijde. Het biedt bescherming tegen granaatscherven en lichte vuurwapens. De bewapening bestaat uit een licht machinegeweer. Standaard is het voertuig uitgerust met zes rookgranaten.
Naast de Mk1 staat er ook een Mk2 in het museum. De Mk 2 kreeg een Browning M1919 in een draaibare toren op het dak van het voertuig. Dit leidde tot een betere bescherming van de schutter, maar maakte het voertuig ook hoger en daardoor beter zichtbaar voor de vijand. De eigenaar van het museum heeft in zijn dienstperiode bij het Korps Commando troepen nog de Mk2 gereden.